Samenwerkingsverband vo-ho

Soepele overgangen zijn van groot belang. Overgangen in het onderwijs zijn bepalende momenten in de schoolloopbaan. Juist voor jongeren die van huis uit minder ondersteuning en begeleiding krijgen, vormen overgangen een risico. Onderzoek laat zien dat leerlingen met dezelfde cognitieve capaciteiten maar een verschillende achtergrond heel andere onderwijsloopbanen hebben. Bij elke overgang in het onderwijs zijn de uitkomsten voor kinderen met hoger opgeleide ouders gunstiger dan voor kinderen met lager opgeleide ouders, ook als men leerlingen en studenten met dezelfde prestaties vergelijkt. Dit raakt aan kansengelijkheid, een speerpunt in het huidige Rotterdamse coalitieakkoord.

Het samenwerkingsverband vo-ho wil een bijdrage leveren om de gelijke kansen van jonge mensen te bevorderen en richt zich specifiek op de overgang van vo-ho in het onderwijs, omdat daar de kansarme leerlingen en studenten het meest kwetsbaar zijn. Daarbij zetten we in op het vormen van verbindingen met alle partijen.

De noodzaak om samen te werken aan het verbeteren van de aansluiting wordt onderschreven in de diverse strategische agenda’s die de afgelopen jaren verschenen zijn van zowel OCW, de VO-Raad en de Vereniging Hogescholen. Elk van deze agenda’s gaat in op het belang van regionale afstemming en samenwerking om de overstap tussen beide onderwijssectoren te verbeteren. Het Samenwerkingsverband ‘Samen werken aan een betere aansluiting vo-ho’ vormt het Rotterdamse antwoord hierop.